De heer Ton van Oosterom heeft een aantal prachtige historische verhalen geschreven over de vroegere bewoners van Beeckestijn. Het eerste verhaal gaat over Catharina en Anna Maria Boreel, de oudste dochters van Jacob Boreel.

Een liefde in Kennemerland

Wat was de aanleiding van de heer van Oosterom om zich te verdiepen in de geschiedenis van Beeckestijn? Dat gaat terug naar het jaar 1952. Als 23-jarige jongen mocht hij deelnemen aan het openluchtspel Een liefde in Kennemerland, naar het gelijknamige boek van de schrijfster Marie van Zeggelen uit 1935. In dit toneelstuk speelde hij de vriend van Claude de Salgas, de tweede echtgenoot van Catharina Boreel. Catharina (1738-1781) was de oudste dochter van de Amsterdamse regent Jacob Boreel, eigenaar en ’s zomers bewoner van Beeckestijn. Jacob en zijn vrouw Agneta Boreel werden in het openluchtspel gespeeld door de ouders van Hugo Brink (voormalig voorzitter van de Vrienden).

Anna Maria Boreel (1738-1781)

De heer van Oosterom, toen woonachtig in het huis van Daatje op Waterland, verdiepte zich steeds meer in de geschiedenis van Waterland en Beeckestijn. Het intrigeerde hem dat Anna Maria Boreel, het jongere zusje van Catharina, op betrekkelijke jeugdige leeftijd vrij plotseling stierf. Zij is begraven te Pyrmont en op haar graf is een tempel geplaatst “de aardbeientempel”. Door in de archieven te duiken van Velsen en Pyrmont en het kuuroord Bad Pyrmont zelf te bezoeken, kwam de heer Oosterom er achter wat er gebeurd is toentertijd.

Bent u ook benieuwd?

De verhalen op een rij:

Een stukje geschiedenis van Beeckestijn (1/4) Catharina en Anna Maria Boreel
Een stukje geschiedenis van Beeckestijn (2/4) Willem François Boreel
Een stukje geschiedenis van Beeckestijn (3/4) Johan George Michael
Een stukje geschiedenis van Beeckestijn (4/4) Van boederdij tot dodenakker